Vertwijfeling in steen

Pasen is het grootste en mooiste feest. Het graf is leeg, dood en lijden zijn overwonnen. Ons wordt uitzicht op de eeuwigheid en volledige vervulling beloofd.

Maar om bij Pasen te komen moeten we door Goede Vrijdag. Voor het eeuwige leven komt de dood, voor de eeuwige vreugde komt het lijden.

En als het lijden te groot wordt komt de vertwijfeling en die verduistert de hoop.

In de beeldende kunst zijn veel meer afbeeldingen van het lijden en van de dood te vinden dan van de verrijzenis die er op volgt. En eigenlijk is dat wel te begrijpen. Leed is veel dramatischer dan vreugde en daarmee is het lijden artistiek “interessanter”.

Voorbeelden zijn ook vlakbij huis genoeg te vinden, bijvoorbeeld de kruiswegstaties in de eigen kerk.

En iets verderop in Utrecht in Museum het Catharijneconvent staat midden in een zaal een levensgroot beeld van Christus op de koude steen. Het beeld is gemaakt rond 1500. Jezus heeft het kruis tot op de calvarieberg gedragen en is al uitgekleed om gekruisigd te worden. En dan kan hij even zitten op een koude steen.

foto: Ko Oosterwijk

Het fragment komt nergens in de bijbel voor maar wordt in de late middeleeuwen vaak gebruikt in de beeldende kunst.

Het beeld in Utrecht is een prachtig voorbeeld.

Jezus is helemaal naakt terwijl hij bijna altijd met lendendoek afgebeeld wordt. Zijn houding en vooral zijn gezicht drukken verschillende dingen tegelijk uit: vermoeidheid, zorg en vooral twijfel. Hij weet waar hij doorheen moet, hij weet dat het onontkoombaar is maar de kracht en de moed om het te ondergaan zijn bijna op. Hij is vertwijfeld. En daarom was het voor onze voorouders zo’n belangrijk beeld. Ook zij twijfelden net als wij en ook zij waren als het heel moeilijk werd de wanhoop nabij. En ook zij hadden moeite dan nog hun geloof en vertrouwen vast te houden. En als je op zo’n moment weet dat Jezus zelf daar ook geweest is, dan helpt dat.

Want ook daarin is Jezus volledig mens geworden.

Een ander voorbeeld is verder weg. In Milaan staat een beeld van Michelangelo, de Rondanini Pietà. Op de afbeelding staat het bovenste deel van het beeld.

foto: Renata Testa / CC BY-NC-SA 2.0

Maria drukt het lichaam van haar aan het kruis gestorven zoon tegen zich aan. Ook dit was in de late middeleeuwen en in de renaissance een zeer geliefd thema.

Michelangelo, die overleed in 1564, werkte aan het beeld in de laatste jaren van zijn leven. En het beeld wordt dan ook “onvoltooid” genoemd. Het heeft niet de gladde levensechte afwerking van andere beelden van deze grote kunstenaar. Het gezicht van Jezus is nog nauwelijks aanwezig, zit als het ware nog gevangen in steen. Het gezicht van Maria is ruw met een verwrongen mond en nauwelijks details.

Toch heeft Michelangelo er veertien jaren voor zijn sterven aan gewerkt. Hij had daarvoor al piëta’s gemaakt die helemaal glad afgewerkt en gepolijst waren. Zijn eerste maakte hij als jonge man in ongeveer een jaar.

Zou het niet zo kunnen zijn dat dit een keuze was van de kunstenaar? Dat wat hij wilde uitdrukken alleen op deze manier lukte?

Christus die dood is, weg, verdwenen in de steen.

Maria toont een gezicht waarin alleen nog verdriet en niet-weten te zien is.

Vertwijfeling, dat is het enige dat Michelangelo wilde tonen en verder niets. En dat bereik je door soberheid, door weg te laten en door de lelijkheid ervan te tonen.

En dat is gelukt. Want dat is wat we zien, vertwijfeling in steen.